Lieve vlinder,
flieder, fladder vrolijk rond
dartel maar de hele wereld rond
Flieder, fladder in het rond
vrij om te gaan, vrij om te staan
Ongebonden, ongedwongen
De wereld ligt voor je open
Sta jij ook open voor haar?
Open je hart
en je zult de liefde voelen stromen
Door je lijf, je aderen
Adem vrijheid, beleef geluk
Het is jou als geen ander gegund
Flieder, fladder, vlinder
Dartel in het rond
Strooi je geluk uit
over de mensen op de grond
Deel je liefde, geef het door,
zodat wij weten: waar je ook bent,
jij leeft, gelukkig, door
Flieder, fladder, vlinder
Wees ons lichtpuntje in de duisternis
zodat ook ons hart weer vervuld wordt,
doorstroomd met jouw liefde
dan ben jij niet de enige die het geluk vond…
Het gedicht Vlinderen gaat over Nadia. Een halfjaar voor haar dood, maakte Nadia het na een relatie van bijna 10 jaar, uit met haar vriend. In de maanden daarna maakte Nadia een soort inhaalslag; ze ging vaker op stap, ging met een vriendin op vakantie naar Griekenland, ze leerde andere mannen kennen. Ze ondernam ineens allemaal dingen die ze nooit eerder had gedaan. Nadia veranderde; waar ze eerder een vrij gesloten karakter had, was ze nu veel opgewekter en uitbundiger. Mijn moeder zei in die periode vaak over haar; “Luus, Nadia moet vlinderen, laat Nadia nu maar vlinderen en fladderen! Dat heeft ze zolang niet gekund…” En toen ineens stierf ze.
Nadia haar dood is een dieptepunt in ons leven geweest. Een dieptepunt in het leven van velen. Ik heb lange tijd voornamelijk oog gehad voor de negatieve gevolgen van haar dood. Nu, tien jaar na Nadia haar dood en negen jaar na mijn vader zijn dood kan ik eindelijk zeggen: Ik ben trots op de levenslessen die ik heb geleerd. Ondanks dat ik lange tijd God vervloekt heb dat hij ze mij deed toekomen. Later, pas veel later kon ik inzien dat God mij / ons dit verdriet niet expres aan deed. Niemand doet jou expres ongeluk toekomen. Het leven bied je lessen aan om groter en sterker te groeien. Ieder mens heeft de keuze of hij of zij die les accepteert. Of je je ervoor open wilt stellen, kunt stellen. Ik dacht dat ik dat laatste niet kon. Ik kon het wel. Maar iemand hield mij tegen; ikzelf…
Ik geloofde niet dat ik zoiets als de moord op mijn zus zou kunnen overleven. De waarheid was dat ik boos was. Ik was woest dat ik Nadia overleefde. Ik was boos op haar, boos op God, boos op de maatschappij, eigenlijk was ik boos op iedereen… En ik voelde me schuldig dat ik nog leefde. Lange tijd wilde ik zelf dood. Het was een passieve wens. Maar ook een passieve doodswens, maakt je van binnenuit kapot. De vlinder in mijn hart stierf bijna. Maar nu 10 jaar na de dood van mijn zus, mag ze weer vliegen! Ik durf eindelijk weer vrij en onbevangen te zijn. Ik mag weer gelukkig zijn…
Lucinda van de Ven
29-12-2012